De herdertjes lagen bij nachte,
zij lagen bij nacht in het veld.
Zij hielden vol trouwe de wachte,
zij hadden hun schaapjes geteld.
Daar hoorden zij ´d engelen zingen,
hun liederen vloeiend en klaar.
De herders naar Bethlehem gingen,
´t liep tegen het nieuwe jaar

Toen zij er te Bethlehem kwamen,
daar schoten drie stralen dooreen.
Een straal van omhoog zij vernamen,
een straal uit het kribje benee.
Toen vlamd´ er een straal uit hun ogen,
en viel op het Kindeke teer.
Zij stonden tot schreiens bewogen,
en knielden bij Jezus neer.